Zaadbanken slaan om uitsterven te voorkomen duizenden zaden van planten op hiermee beschermen ze zeldzame en bedreigde planten. Volgens schattingen worden circa 80.000 plantensoorten bedreigd doordat hun leefomgeving wordt aangetast. De leefomgeving van de plant kan aangetast worden door opwarming van de aarde of door mens en dier. De mens laat bijvoorbeeld geiten in gebieden grazen waar ze dat vroeger niet deden en zeldzame planten in zo’n gebied sterven uit.
Zaadbank Groot-Brittannië
De Millennium Seed Bank Project (MSBP) in Ardingly in Groot-Brittannië is een project van Kew Gardens, de Koninklijke Botanische Tuinen. Het Millennium Seed Bank Project is gestart in het millennium jaar 2000. Er zijn circa 1.400 zadenbanken in de wereld maar de zadenbank van het Millennium Seed Bank (MSB) heeft de grootste opslagplaats en heeft ook als doel om de meeste zaden van de wereld op te slaan. De schattingen van hoeveel plantensoorten er wereldwijd zijn lopen uiteen van ruwweg 200.000 tot 400.000. De wetenschappers van de MSB gaan uit van het werk van de Britse botanist David Mabberly, een flora van 242.000 wilde plantensoorten. Toen het project begon was het doel om 10%, dus 24.200 van deze soorten op te slaan. Deze doelstelling werd gehaald in 2009. Er werd besloten om het succesvolle project door te zetten. Het volgende doel is om 25% van de bestaande soorten op te slaan, het streefjaar is 2020.
De zadenopslagplaats MSB ligt circa 10 meter onder de grond, de zaden zijn opgeslagen in weckpotten. In de weckpotten zit een kleurindicator die door kleurverandering waarschuwt als er toch te veel vocht in de weckpot komt. Het meest belangrijke is dat de zaden schoon en droog worden opgeslagen. Als er vocht bij de zaden komt dan kunnen de zaden gaan ontkiemen. De zaden die binnen komen worden gedroogd om ze vervolgens in te kunnen vriezen. Als er nog teveel vocht in zit bij het invriezen dan sterven er teveel cellen af en is het zaad niet langer bruikbaar. Door het invriezen wordt het verouderingsproces van zaad stil gelegd. De temperatuur in de opslagplaats wordt op min 20 graden gehouden. Onderzoek heeft aangetoond dat de zaden door dit proces circa 400 jaar in leven kunnen blijven.
Zaden verzamelen
De wetenschappers wisselen zaden uit met andere zadenbanken maar gaan vooral zelf wereldwijd op zoek naar zaden voor uitbreiding van de collectie. De meeste zaden kunnen worden opgeslagen maar van enkele planten is dit niet mogelijk. Sommige zaden kunnen niet voldoende gedroogd worden, bij het droogproces sterven ze uit. Er zijn ook plantensoorten die geen zaad hebben, planten die zich vermenigvuldigen door wortelstokken. De schatting is dat circa 20% van de plantensoorten niet geschikt zijn voor opslag. Bij het verzamelen van de zaden wordt er vanzelfsprekend nooit zoveel meegenomen dat de planten in hun eigen omgeving zich niet meer kunnen vermenigvuldigen.
Zaadbank Spitsbergen Noorwegen
Er is nog een grote wereldwijde zadenbank, deze staat op het eiland Spitsbergen in Noorwegen. Het verschil tussen de beide zaadbanken is dat MSB alleen zaden van wilde planten opslaat, terwijl de Svalbard Global Seed Vault (SGSV) in Noorwegen alleen zaden van gewassen opslaat om de verscheidenheid van landbouw gewassen te bewaren. De Nederlandse Genenbank heeft circa 20.000 soorten gewassen laten opslaan bij de SGSV op Spitsbergen. De Svalbard Global Seed Vault wordt ook wel de ark van Noach genoemd.
Duurzaam toerisme
De zaadbanken dienen niet alleen als onderzoek en opslag maar ook als bank waar een voorraad is om zaad uit te zetten in probleemgebieden. Als de vegetatie in een gebied hersteld moet worden na bijvoorbeeld oorlog, branden, kappen, mijnbouw of dieren die de vegetatie hebben opgegeten dan kan er opnieuw gezaaid worden. Men is het er over eens dat het beter zou zijn om deze vernietiging van de natuur te voorkomen door onder meer duurzaam toerisme maar dit blijkt ondanks veel goedbedoelde beschermingsprojecten lang niet altijd effectief. De zaadbanken hebben onze plantensoorten in ieder geval voor de zekerheid maar als reserve opgeslagen.